Aantal zwangerschapsafbrekingen blijft ook in 2024 op hoogste niveau
Uit de jaarrapportage van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) blijkt dat het aantal zwangerschapsafbrekingen in 2024 vrijwel gelijk is gebleven aan 2023. Met een lichte stijging van 106 zwangerschapsafbrekingen kwam het totaal aantal behandeling uit op 39.438. Daarmee blijft het aantal onverminderd hoog in vergelijking met de stabiele cijfers uit 2011 tot 2021. In deze periode vonden jaarlijks gemiddeld 30.000 zwangerschapsafbrekingen plaats. De stijging die in 2022 begon, zet zich hiermee nog steeds voort.
Zwangerschapsafbrekingen: Waar en bij wie?
Van de zwangerschapsafbrekingen vond 93% plaats in abortusklinieken en 7% in ziekenhuizen. Opvallend is de stijging in het aantal gevallen waarbij de woonplaats als “onbekend” stond aangegeven. Dit gebeurde in 2024, 659 keer. Verder werd er bij zowel Nederlandse als buitenlandse vrouwen een lichte daling gemeten ten opzichte van 2023.
Absoluut gezien vonden ook in 2024 de meeste zwangerschapsafbrekingen plaats bij vrouwen tussen de 30 en 35 jaar (23,44%), gevolgd door vrouwen tussen de 25 tot 30 jaar (23,33%). Het aantal tienerzwangerschappen bleef stabiel op 2.814, waarvan 2.749 afbrekingen plaatsvonden in de leeftijdsgroep 15 tot en met 19 jaar. Het aantal afbrekingen onder de 15 jaar daalde flink van 107 in 2023 naar 65 in 2024.
Wanneer vinden de zwangerschapsafbrekingen plaats?
Het grootste deel van de zwangerschapsafbrekingen (79% – t.o.v. 70% in 2023) vond plaats binnen de eerste acht weken van de zwangerschap. In totaal werd 88% van de ingrepen uitgevoerd in het eerste trimester (tot 13 weken). Slechts 12% vond plaats in het tweede trimester.
Nazorg en anticonceptie: een essentiële schakel in preventie
Bij ongeveer een derde van de vrouwen was sprake van een herhaalde zwangerschapsafbreking. Voor 9% betrof het zelfs twee of meer eerdere behandelingen. Deze cijfers sluiten aan bij voorgaande jaren en onderstrepen het belang van goede voorlichting en toegankelijke anticonceptiezorg. Een groot deel van de vrouwen ontvangt daarom direct na de behandeling een anticonceptiemiddel. Correct en consistent gebruik van anticonceptie blijft essentieel om ongeplande en herhaalde zwangerschappen te helpen voorkomen.
Meer weten?
Wil je meer inzicht in anticonceptiegebruik voorafgaand aan een zwangerschapsafbreking? Lees het uitgebreide rapport van Rutgers hier voor gedetailleerde informatie.
Bronnen
IGJ Cijfers Zwangerschapsafbrekingen, november 2025
IGJ Jaarrapportage 2024 Wet Afbreking Zwangerschap (Wafz), november 2025
Bijlage bij IGJ Jaarrapportage 2024 Wafz, november 2025
| Kerncijfers zwangerschapsafbrekingen in Nederland | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
| Aantal zwangerschapsafbrekingen | Totaal | 31.049 | 35.606 | 39.332 | 39438 |
| Bij Nederlandse vrouwen | 28.089 | 32.339 | 36.024 | 35647 | |
| Bij buitenlandse vrouwen | 2.954 | 3.258 | 3.261 | 3132 | |
| Onbekend | 6 | 7 | 47 | 659 | |
| Abortuscijfer | Aantal zwangerschapsafbrekingen per 1.000 vrouwen 15-45 jaar | 8,7 | 9,9 | 10,8 | 10.6 |
| Abortusratio | Aantal zwangerschapsafbrekingen per 1.000 levendgeborenen | 156,5 | 193 | 219 | 215 |
| Zwangerschapsduur bij de afbreking | Eerste trimester t/m 12+6 weken | 26.290 | 30.600 | 34.316 | 34.902 |
| Tweede trimester 13 t/m 23+6 weken | 4.759 | 5.006 | 5.016 | 4.536 | |
| Zwangerschapsafbrekingen bij tieners < 20 jaar | Totaal | 2.383 | 2.702 | 2.890 | 2.814 |
| Waarvan bij tieners < 15 jaar | 101 | 81 | 107 | 65 | |
| Locatie | Aantal zwangerschapsafbrekingen in een abortuskliniek | 28.094 | 32.586 | 36.437 | 36.740 |
| Aantal zwangerschapsafbrekingen in een ziekenhuis | 2.955 | 3.020 | 2.895 | 2.698 | |
| Behandelwijze | Instrumentele behandelingen | 1.084 | 1.568 | 5.140 | 8.647 |
| Medicamenteuze behandelingen | 10.664 | 13.129 | 16.082 | 16.251 | |
| Combinatie medicamenteus/ instrumenteel | 19.298 | 20.893 | 18.092 | 14.430 | |
| Anesthesie | Lokale anesthesie | 3.152 | 2.907 | 2.895 | 2.743 |
| Intraveneuze anesthesie | 17.529 | 19.661 | 20.679 | 21.050 | |
| Zwangerschapsafbreking op basis van resultaten prenatale diagnostiek (ex otb) | 10,6% | 4,5% | 4,6% | 4,3% | |
| Vrouwen met één of meer complicaties bij de behandeling | 2,6% | 2,5% | 2,8% | 3,3% | |